Kennisnetwerk Invasieve Exoten
Exoten komen van nature niet in Nederland voor, maar zijn door menselijk handelen hier terecht gekomen. Transport, handel en toerisme zijn de belangrijkste routes waarlangs exoten hier terecht komen. Ze kunnen per ongeluk hier terechtkomen, bijvoorbeeld door meeliften met transporten of opzettelijk door het verhandelen van exotische dieren en planten. Een klein deel van de exoten kan zich vestigen in onze natuur.
Gaat een soort zich snel vermeerderen dan spreken we van een invasieve exoot. Invasieve exoten verdringen inheemse soorten en veroorzaken schade aan natuur, economie en veiligheid of gezondheid van mens en dier.
Bij de aanpak van invasieve exoten worden verschillende methoden en technieken gebruikt, de aanpak is vaak gefragmenteerd. Beheerders baseren zich niet altijd op de meest actuele informatie en de aanpak is vaak niet of onvoldoende effectief.
Met het Kennisnetwerk Invasieve Exoten bundelen we kennis en krachten over invasieve (water)planten en dieren. Beheerders kunnen de gevalideerde en onafhankelijke informatie gebruiken om invasieve exoten op een kosten-effectieve manier te beheersen, te bestrijden of systeemgericht beheren.
Vragen of suggesties?
Voor vragen en suggesties kunt u terecht op de LinkedIn Groep Invasieve Exoten of stuur een mail via Contact.
Ik ben particulier
Agenda
- LIFE Resilias Kennisdag; de ecosysteemaanpak in theorie en praktijk - Donderdag 23 juni 2022 (aanmelden via link)
- Week van de invasieve exoten - Vrijdag 17 tot en met zondag 26 juni 2022 (aanmelden via link)
- IUCN Conferentie humaan beheer van invasieve uitheemse diersoorten - Dinsdag 12 juli 2022, Herman Teirlinckgebouw (INBO), Havenlaan 88, 1000 Brussel (aanmelden via link)
- Praktijkdag bestrijding van Aziatische duizendknoop - Verplaatst naar najaar 2022
In de media
- 'Wasbeerhondenfamilie gespot: 'Het zijn schuwe dieren'' - Omroep Gelderland, 17 juni 2022
- 'Innovatieve vangmiddelen exotische rivierkreeften klaar voor testfase' - Hoogheemraadschap van Delfland, 19 mei 2022
- 'Neuzen op scherp: speurhonden in de strijd tegen Japanse duizendknoop' - Stad en Groen, 17 mei 2022
- 'Waterschap Hunze en Aa’s wil de beverrat beter leren kennen' - OTAR, 9 maart 2022
- 'Uitgelicht: Gemeenteraadsverkiezingen - Invasieve exoten' - Groenkennisnet, 9 maart 2022
Unie-lijst invasieve exoten
Blauwband
De blauwband is een karperachtige zoetwatervis met een opvallende, donkere band die langs zijn gehele flank loopt. Blauwband komt oorspronkelijk uit Oost-Azië en is meegekomen met de invoer van karperachtigen voor viskwekerijen. Tegenwoordig wordt de blauwband beschouwd als een van de meest ‘succesvolle’ invasieve exoten ter wereld. Als vraatzuchtige jager, voedt de blauwband zich met zoöplankton en de larven en eitjes van andere vissoorten. Bovendien kan de soort een parasiet bij zich dragen die dodelijke is voor inheemse vissoorten.
Fraai Lampenpoetsersgras
Fraai lampenpoetsersgras is een overblijvend, polvormend gras. De pluimen kunnen diverse kleurtinten aannemen. Fraai lampenpoetsersgras gedijt goed in warme, droge omstandigheden, zoals in de meer mediterrane klimaten. In Nederland komt de plant voor in tuinen en openbaar groen als vaste plant. Er zijn nog geen waarnemingen van de soort in natuurlijke terreinen.
Grote waternavel
Grote waternavel is een invasieve oeverplant afkomstig uit Zuid-Amerika en ingevoerd als vijverplant. Grote waternavel groeit vooral in voedselrijk stilstaand tot zwakstromend water zoals moerassen, vijvers, kanalen en sloten. Onder zomerse omstandigheden kunnen binnen enkele dagen meterslange uitlopers worden gevormd waardoor watergangen volledig bedekt worden met dichte, drijvende matten van enkele decimeters dikte.
Hemelboom
De hemelboom is een uit China en Taiwan afkomstige boomsoort. Het is één van de eerste plantensoorten die in de 18e eeuw vanuit China in Europa werd ingevoerd. De soort komt van nature voor in de subtropische klimaatzone, maar kan zich ook vestigen in gematigde klimaatzones. De hemelboom vormt een dichte monocultuur waaronder in de schaduw vrijwel geen andere soorten meer kunnen groeien. Zaailingen kunnen tot een meter per jaar groeien en daardoor inheemse boomsoorten gemakkelijk beconcurreren. Daarnaast vermeerdert de hemelboom zich via worteluitlopers. Dit maakt bestrijding van de soort moeilijk.
Moeraslantaarn
De uit Noord-Amerika afkomstige Moeraslantaarn is met haar grote gele bloeiwijze een opvallende verschijning in het voorjaar. Moeraslantaarn is een oeverplant en groeit in natte gebieden langs stromen en rivieren, aan meren en vijvers. De planten vormen een dichte vegetatie waardoor inheemse plantensoorten worden weggeconcurreerd. Bestrijding van moeraslantaarn is relatief eenvoudig door rooien of uitsteken, maar dit moet wel jaren worden volgehouden.
Pampagrassen
Pampagrassen komen oorspronkelijk uit Zuid-Amerika en zijn als decoratieve tuinplant geïntroduceerd. De soorten stellen geen hoge eisen aan de groeiomstandigheden en gedijen het beste in verstoorde omgevingen. Verwilderde pampagrassen vormen dichte bestanden waardoor inheemse soorten verdrongen worden. In tegenstelling tot enkele Zuid-Europese landen gedragen deze soorten zich in Nederland nog niet invasief, maar de kans op permanente vestiging neemt wel toe.
Parelvederkruid
Parelvederkruid is een invasieve waterplant afkomstig uit Zuid-Amerika en ingevoerd als vijverplant. De plant groeit vooral in voedselrijk stilstaand en langzaam stromend water zoals meren, vijvers, kanalen en sloten. Onder zomerse omstandigheden kunnen in korte tijd lange uitlopers worden gevormd waardoor watergangen volledig bedekt worden met dichte, drijvende matten.
Reuzenbalsemien
Reuzenbalsemien groeit op zeer veel verschillende plaatsen zoals op oevers van meren, beken en rivieren, in weides, bermen, plantsoenen en bosranden. Door zijn explosieve groei worden niet alleen inheemse plantensoorten verdrongen en verstikt, maar ook de fauna die erin leeft. Daarnaast vormt het een risico voor de waterveiligheid. Maaien of uittrekken zijn zeer effectieve methoden voor de bestrijding van reuzenbalsemien
Reuzenberenklauw
Reuzenberenklauw is een invasieve exoot die vooral voorkomt langs waterlopen, wegen en spoorwegen en wel 3-5 meter hoog kan worden. Deze berenklauw verdringt inheemse plantensoorten en bevat stoffen die bij beschadiging van het blad ernstige brandwonden kunnen veroorzaken. Hoe eerder met de bestrijding wordt begonnen, hoe beter het resultaat. In een vroeg stadium is de plant vaak nog wel weg te krijgen.
Smalle theeplant
Smalle theeplant is een (sub)tropische water- en oeverplant die van oorsprong uit Zuid-Amerika komt. In Europa werd de plant tot voor kort verkocht als vijver- en aquariumplant. Smalle theeplant vormt grote drijvende matten die watergangen volledig kunnen bedekken. Dit levert problemen op voor afwatering, scheepsvaart, recreatie én voor het ecosysteem.
Verspreidbladige waterpest
Verspreidbladige waterpest behoort tot de waterpestengroep. Deze groep bestaat uit ondergedoken, sterk op elkaar lijkende waterplanten die tot enkele meters groot kunnen worden. In de winter sterven de planten gedeeltelijk af. De stengels zijn dichtbezet met veel kleine bladeren die, met uitzondering van de verspreidbladige waterpest, in kransen bijeen zitten. Waterpesten kunnen grote hoeveelheden biomassa vormen en zijn moeilijk te bestrijden.
Waterhyacint
De uit Zuid-Amerika afkomstige Waterhyacint is wereldwijd een van de meest invasieve plantensoorten. Waterhyacint is een drijvende waterplant en groeit bij voorkeur in stilstaand of langzaam stromend water. De planten vormen een dichte vegetatie waardoor inheemse soorten worden verdrongen. In Nederland is de overlast beperkt, de soort kan zich hier niet permanent vestigen vanwege lage temperaturen in de winter.
Waterteunisbloem
Waterteunisbloem is een overblijvende oeverplant afkomstig uit Zuid-Amerika. De plant is ingevoerd als vijverplant. Waterteunisbloem groeit vooral vanuit de oever over het wateroppervlak in voedselrijk stilstaand tot langzaam stromend water. De plant maakt lange drijvende stengels waardoor watergangen volledig bedekt worden met dichte, drijvende matten.
Waterwaaier (Cabomba)
De uit de gematigde en subtropische delen van Amerika afkomstige Waterwaaier is een in de bodem wortelende, ondergedoken waterplant. De plant groeit in zoet stilstaand of langzaam stromend water en vormt onder water zeer dichte plantmassa’s waardoor waterlopen volledig kunnen dichtgroeien. Andere planten- en diersoorten worden verdrongen en het water wordt ongeschikt voor recreatie. Waterwaaier is moeilijk te bestrijden, kleine stukjes kunnen gemakkelijk wegdrijven waaruit weer nieuwe planten kunnen groeien.
Zijdeplant
De Zijdeplant of Papegaaibloem wordt als sierplant in tuinen toegepast. Hoewel het een fraaie plant is maakt zij wortelstokken de ver en diep kunnen uitgroeien. Door vegetatieve vermeerdering door wortelstokfragmenten is er een groot risico op verspreiding via grondverzet of gedumpt tuinafval. De plant is giftig voor zoogdieren en kan huidirritaties bij mensen veroorzaken. De bestrijding lijkt veel op die van de Japanse duizendknoop: bij aantreffen de plant inclusief wortelstokken verwijderen.
Overige invasieve exoten
Afghaanse duizendknoop
Afghaanse duizendknoop komt oorspronkelijk uit de Himalaya en is als sierplant geïntroduceerd. De soort kan zich vegetatief sterk vermeerderen en concurreert met inheemse soorten maar in vergelijking met de andere Aziatische duizendknoopsoorten is deze soort minder invasief. In Nederland komt deze soort nog relatief weinig voor. De kleinere groeiplaatsen zijn nog eenvoudig handmatig of machinaal te verwijderen waarbij het belangrijk is dat alle wortelstokken worden verwijderd.
Amerikaanse eik
De Amerikaanse eik komt oorspronkelijk uit het oosten van Noord-Amerika en werd in de 19e eeuw in Europa aangeplant als sierboom. Later is de Amerikaanse eik ook op grote schaal aangeplant in bossen in onder andere Nederland en België als snelgroeiende boomsoort. Echter, met name op zandgronden gedraagt de Amerikaans eik zich invasief en verdrukt de soort meer langzaam groeiende inheemse soorten, zoals inlandse eik en grove den. Hierdoor kan de soort op sommige locaties het gehele bos domineren. De soort verjongt zich eenvoudig en massaal via zaad. Bovendien lopen afgezaagde stobben weer snel en vitaal uit. Dit maakt bestrijding van de Amerikaans eik moeilijk.
Amerikaanse vogelkers
De Amerikaanse vogelkers kwam in de 17e eeuw vanuit Amerika mee naar Nederland als sierboom. Maar de boom plant zich zo succesvol voort dat hij ook wel bospest wordt genoemd. Al decennia proberen terreinbeheerders de vogelkers te bestrijden, maar dat blijkt niet eenvoudig. Bij de bestrijding in bossen krijgt de ecosysteemaanpak, of systeemgericht beheer steeds meer aandacht. Het functioneren van het ecosysteem en het realiseren van de beheerdoelen staan hierbij centraal en niet de aanwezigheid van de exoot.
Canadese en Late guldenroede
Guldenroedes behoren tot de composietenfamilie. In Nederland komen drie soorten voor, waarvan er twee exotisch zijn: de Canadese guldenroede en de Late guldenroede. De Echte guldenroede is inheems. De Guldenroedes kunnen dichte vegetaties vormen waardoor inheemse soorten worden verdrongen. Uitsteken en begrazen zijn effectieve bestrijdingsmethoden maar langjarige nazorg is noodzakelijk.
Cotoneaster-soorten (Dwergmispel)
De Cotoneaster-soorten (Dwergmispel) komt van nature voor in de gematigde streken van Europa, Noord-Afrika, het Midden-Oosten en Azië. In Nederland zijn Cotoneaster-soorten populair als sierplanten. Het is een agressieve groeier die de inheemse vegetatie verdringt. Bovendien zijn alle delen van de plant, met name de vruchten, licht giftig. Verschillende Cotoneaster-soorten zijn bezig met een opmars in Nederland. Nu ingrijpen voorkomt dat er meer haarden ontstaan.
Gele bieslelie
Gele Bieslelie is een wintergroene vaste plant met zwaardvormige, grasachtige, grijsgroene bladeren en een polvormende groei. Op dit moment komt de Gele bieslelie nog maar op een beperkt aantal locaties voor, maar de verwachting is dat deze soort zich snel uitbreidt. De plant vermeerdert zich vooral via het wortelstelsel en kan op die manier grote gebieden koloniseren.
Japanse duizendknoop
De Japanse duizendknoop verspreidt zich razendsnel. Niet voor niets wordt hij tot de meest invasieve exoten gerekend. Door zijn sterke groeikracht verdringt de duizendknoop inheemse plantensoorten èn zijn sterke wortelstokken en stengels kunnen schade veroorzaken aan bouwwerken, leidingen en wegen. Japanse duizendknoop groeit op zeer uiteenlopende plekken zoals spoordijken, braakliggende terreinen, wegbermen, rivierkribben, bosranden en beekoevers. Eenmaal gevestigd, is de plant moeilijk weer weg te krijgen.
Japanse kever
De Japanse kever is een bladsprietkever, ongeveer net zo groot als een rozenkever. De soort wordt beschouwd als een van de schadelijkste insecten ter wereld. Begin november is in het zuidwesten van Duitsland voor het eerst een Japanse kever aangetroffen. Daarmee komt deze voor veel plantensoorten zeer schadelijke soort steeds dichter bij Nederland.
Javaanse peterselie
Van oorsprong komt de Javaanse of Japanse peterselie uit Zuid-, Zuidoost- en Oost-Azië en Australië, waar de plant ook verbouwd wordt als groente. Javaanse peterselie wordt in de Verenigde Staten als een invasieve soort aangemerkt die grote ecologische, economische en maatschappelijke schade aanricht. Verwildering in Europa komt nog weinig voor maar de verwachting is dat de soort zich ook hier invasief kan gaan gedragen.
Mediterraan draaigatje
Het mediterraan draaigatje in een invasieve exotische mier die voor het eerst in 2013 in Nederland werd aangetroffen. Sindsdien worden er steeds meer meldingen gedaan. Ze zijn meegekomen met tuinplanten uit Zuid-Europa. Mediterrane draaigatjes kunnen met meerdere koninginnen en een groot volk in één zogenaamde superkolonie leven. Ze verdringen andere mierensoorten en ondergraven bestrating wat tot grote overlast kan leiden in woonwijken.
Papiermoerbei
Papiermoerbei komt oorspronkelijk uit Oost-Azië en is als decoratieve plant geïntroduceerd in tuinen en parken. Het is een agressieve groeier die de inheemse vegetatie verdringt. Verwilderde exemplaren zijn nog maar op een paar plekken in Nederland waargenomen. Nu ingrijpen voorkomt dat er meer haarden ontstaan en de soort zich alsnog invasief gaat gedragen.
Pontische rododendron
Pontische rododendron is een invasieve exoot die oorspronkelijk in Zuid-Europa en Zuidwest-Azië voorkomt. In de 18e eeuw is de soort naar Nederland gehaald als sierplant en sinds 1900 is hij gaan verwilderen. De soort vermeerdert zich zowel vegetatief als via zaden. Pontische rododendron groeit vooral op vochtige, min of meer zure grond op buitenplaatsen en in bossen.
Rimpelroos
Rimpelroos is een invasieve exoot die van oorsprong in Zuidoost-Siberië, Japan, Korea en Noordoost-China voorkomt. In Nederland wordt de rimpelroos vaak aangeplant in openbaar groen en wordt de soort veel gebruikt in de sierteelt. Met name in de duinen vormt rimpelroos een groot probleem. Het is een agressieve groeier die de inheemse vegetatie verdringt.
Trosbosbes
De uit Noord-Amerika afkomstige blauwe bes of trosbosbes is naar Nederland gehaald voor het kweken van blauwe bessen. Vanuit kwekerijen is de soort naar hoogvenen en natte heidegebieden verspreid waar hij de bijzondere en karakteristieke flora en fauna bedreigt. Deze terreinen zijn vaak moeilijk toegankelijk waardoor bestrijding lastig is.
Watercrassula
Watercrassula is een invasieve waterplant afkomstig uit Australie en Nieuw-Zeeland en ingevoerd als vijverplant. Door dumpingen is de plant in de natuur terecht gekomen en verwildert. In Nederland komt Watercrassula vooral voor op aflopende zandige oevers die tijdelijk droogvallen. Door dichte zodevorming boven water kunnen watergangen helemaal dichtgroeien.